Lamiaa voelt zich thuis in Son en Breugel
Lamiaa voelt zich thuis in Son en Breugel Foto: Wil Feijen

Een nieuw begin voor Lamiaa in Son en Breugel

Algemeen

Son en Breugel - In Syrië is sinds 2011 een vreselijke oorlog gaande. Inmiddels zijn er al een half miljoen doden te betreuren. Meerdere groeperingen strijden om de macht. Maar een winnaar of oplossing lijkt ver weg. Verslechterende omstandigheden drijven steeds meer vluchtelingen naar Europa. Inmiddels zijn er al meer dan vier miljoen vluchtelingen, waardoor dit conflict tot een van ‘s werelds grootste vluchtelingencrises behoort. Een van hen is Lamiaa Aljneidi. Ze is 24 jaar en woont met haar gezin in Son en Breugel.

Redacteur: Arjen Strik
Fotograaf: Wil Feijen

Lamiaa: “Ik ben geboren in Damascus en getogen in een dorpje in het noorden van Syrië. Mijn vader is slager en mijn moeder is lerares. Ik heb twee broers, mijn oudste broer woont met zijn gezin in Turkije, de ander zit momenteel in een opvangcentrum in Ter Apel. We hebben als familie regelmatig contact met elkaar via WhatsApp, maar fysiek mis ik ze wel.” In Syrië heeft Lamiaa tot haar vijftiende onderwijs gevolgd. Daarnaast had ze een baantje als kapster. Ze is jong getrouwd en haar drie kinderen zijn daar geboren.

Gezinshereniging
“Mijn man is timmerman en hij is uit Syrië gevlucht toen hij in dienst moest. Hij had geen zin te sneuvelen in een zinloze oorlog”, gaat Lamiaa verder. Via-via is hij in Nederland terecht gekomen en vond al snel een baan in de houtbewerking. Door de procedure gezinshereniging is Lamiaa weer herenigd met haar man. Ze vervolgt: “Een ingewikkeld proces, maar alle lof voor Vluchtelingenwerk dat ons onder andere geholpen heeft bij het aanvragen van een visum waarmee we naar Nederland konden komen. Een jaar na de geboorte zag mijn man pas zijn jongste kind. Een moment om nooit te vergeten.”

Nederlandse taal 
Ze spreekt goed Nederlands en ze willen zo snel mogelijk integreren. De taal spreken is daarbij onmisbaar, anders blijf je altijd een vluchteling of een buitenstaander. Lamiaa: “Nederlands is best een moeilijke taal. Maar gelukkig had ik een goede training bij Stavoor. Stavoor is een landelijk inburgerings- en taalinstituut.” Daarnaast leert ze dagelijks bij. Vooral in deze tijd dat de kinderen een aantal weken niet naar school konden en thuis de lessen volgden en Lamiaa ze moest helpen met school. Lachend zegt ze: “Moeders lijkt daarbij het fanatiekst. Ik steek veel op van de kinderen en hun huiswerk.” Haar kinderen zitten alle drie op basisschool De Harlekijn en spreken alleen Nederlands. “Als ik met hen spreek, denk ik ook in het Nederlands”, zegt ze lachend. “Een goede leerschool voor mij en voor mijn man, maar we zijn wel blij dat de scholen weer opengaan.”

Vrijheid 
Toch blijft ze een Arabische. “Ik kook nog altijd ‘ons’ eten, zoals ik dat van mijn moeder geleerd heb. Voor mij geen hutspot, daar zit geen smaak aan.” Ze koopt Arabische producten in een winkel in de Kruisstraat in Eindhoven. Lamiaa doet met haar man aan de Ramadan, dat is een gewoonte. Ze draagt geen hoofddoek. “Ik heb dat wel gedaan, maar zonder voel ik me veel vrijer, meer Lamiaa. Vrijheid is ook het mooiste van Nederland. Dat besef mis ik wel eens bij de Nederlanders”, aldus Lamiaa.

Niet meer terug
Ze werkt twee dagen in de week bij Tzorg als huishoudelijke hulp. “Erg leuk werk, je kan echt iets betekenen voor de mensen. Als mijn man zijn diploma heeft behaald wil ik een opleiding voor verpleegkundige gaan doen. Terug naar Syrië wil ik niet meer. We hebben besloten om hier ons leven verder op te bouwen”, glimlacht ze. Dat lukt haar prima, zo te horen.