Fred en Marianne
Fred en Marianne Foto: Wil Feijen

Dorpsgenoten aan het woord: Proberen het contact zo minimaal mogelijk te houden

Algemeen Coronavirus

Son en Breugel - De 67-jarige Fred van den Eijnden en zijn vrouw Marianne (59) uit Son en Breugel zijn voorstander van de maatregelen die genomen zijn omtrent het coronavirus. Vooral de anderhalve meter afstand, het hebben van zo min mogelijk contactmomenten en het dragen van een mondkapje staan hoog in het vaandel bij hen.

Redacteur: Emmy Grit

Bewust
Fred vertelt: “De maatregelen zijn niet voor niets genomen. Door het naleven van de regels kan de besmetting van het virus zo beperkt mogelijk gehouden worden. Als we ergens naartoe gaan, dan dragen wij in ieder geval een mondkapje én we houden anderhalve meter afstand.” Fred en Marianne verbazen zich erover dat sommige mensen die een mondkapje dragen nu ineens die anderhalve meter vergeten en weer veel dichterbij komen. “Dat vind ik echt vervelend. De mensen moeten bewuster met de regels omgaan.”

Verplichting
Marianne vult aan: “De Nederlandse regering had beter een verplichting in plaats van dringend advies kunnen afkondigen over het dragen van mondkapjes. Dan is het voor iedereen duidelijk. Nu zijn er vaak discussies bij winkels en die zijn onnodig.” Fred en Marianne vinden het geen taak van het personeel van een winkel om klanten erop te wijzen dat zij een mondkapje dienen te dragen als zij naar binnen willen. “Dit is een verantwoordelijkheid die je zelf dient te nemen. Jammer dat dit niet altijd gebeurt. Er zijn mensen die altijd op zoek zijn naar ‘de mazen van de wet’, omdat niet alle regels waterdicht zijn. Met duidelijke regels voorkom je dat”, aldus Fred.

Vakantie
Voordat het coronavirus in Nederland zijn intrede had gedaan, gingen beiden graag winkelen en op vakantie. “Spontaan winkelen doen wij niet meer en de vakanties die dit jaar gepland waren, hebben wij zelf geannuleerd, ondanks dat er toen nog code geel was voor Duitsland en Polen. We zoeken de drukte niet op en als we toch naar de stad moeten, dan gaan we alleen datgene halen wat we nodig hebben en gaan dan meteen weer naar huis. Voorheen zouden we ergens iets gaan eten en drinken en konden we ons langer vermaken in de stad.”

Onzichtbare vijand
Ook thuis wordt het contact met kinderen en kleinkinderen zoveel mogelijk beperkt, mede omdat Marianne in de zorg werkt en met haar longziekte tot de verhoogdrisicogroep behoort. “Het coronavirus is een onzichtbare vijand, je weet niet wanneer het kan toeslaan. Door de contacten zo veel mogelijk te minimaliseren, proberen we het virus buiten de deur te houden.” Met de kinderen en kleinkinderen hebben we regelmatig contact door elkaar te bellen en soms maken we gebruik van videobellen. En als ze dan toch bij ons thuis komen, of als wij naar hen toe gaan, dan zitten we op een veilige afstand van elkaar.”