Richard Pijs is een van de strooimannen die bij nacht en ontij op pad gaan.
Richard Pijs is een van de strooimannen die bij nacht en ontij op pad gaan. Foto: Adrie Neervoort

Lezerspodium

Remco Heeren (Dorpsvisie) las aan het eind van de commissie vergadering onderstaande tekst voor.

Voorzitter,

Wie had verwacht dat zo in de eerste maand van dit nieuwe jaar we in 2017, na jarenlange discussie, eensgezind kunnen doorpakken op dit dossier.
Niets staat ons meer in de weg om voor de inwoners van ons dorp een begrijpelijke ontwikkeling in gang te zetten die duurzaam, betaalbaar, flexibel en toekomstgericht is, of om met de woorden van de wethouder te spreken "fundamenteel" en "essentieel" een toegevoegde waarde brengt in ons centrum.
En dat ook nog eens snel en zonder het gehele dorp tot bouwput om te toveren.
Een ontwikkeling waar, als de ego's even aan de kant gezet worden, zeer beslist draagvlak voor is en zelfs "verkiezing bestendig" zou zijn, zodat we daarna eensgezind onze zelfstandigheid kunnen bevechten.

Voorzitter, Na diverse deskundige rapporten, tonnen aan geld en aanpassingen van gestelde kaders zijn er volgens Dorpsvisie geen belemmeringen meer.
Alle puzzelstukjes liggen op tafel het is alleen een kwestie van ze op een logische volgorde leggen.
Een volgorde die zo logisch is dat er simpelweg geen bezwaren kunnen komen die het tempo eruit halen en een volgorde die eigenlijk, zo zou je kunnen zeggen, op een organische wijze tot stand komt.
Een compleet plaatje dat ongetwijfeld door de inwoner, voor wie we het uiteindelijk doen, begrepen zal worden en op een breed draagvlak mag rekenen.
In de komende weekbladen alleen maar lof voor deze coalitie en raad, met een historische print waarop de wethouder fier het glas heft en op z'n Fries roept; It geiht on!

Voorzitter,

Ik hoor u denken, maar hoe dan?
De proces gang en de daarbij genomen afwegingen tot besluiten zijn ingehaald door de realiteit van de dag.
Vandaar voorzitter dat met deze voortgangsrapportage een en ander in een helder beeld wordt neergezet.
Was de kerk eerder nog te groot, zou hij nu uitstekend als alternatief door kunnen.
Als iets door deze rapportage namelijk duidelijk is geworden is het dat hergebruik gewoon weer een reële optie is!
Met de aankoop van de kerk door de gemeente kan de kerk als gebouw weer helemaal in handen van de gemeenschap komen. Alhoewel de kerk al door de gemeenschap met kwartjes en dubbeltjes is afbetaald, begrijpen wij best, dat alhoewel de bishop geen dominee is, hij als een koopman is gaan denken en wij willen ook begrijpen dat het Bisdom deze niet, net zoals in Oirschot voor 1 euro van de hand wil doen.

Maar voorzitter, twee keer betalen voor een gebouw is wat op het randje maar we kunnen hiermee voorkomen dat we hem drie keer gaan betalen. Dat is immers wat we gaan doen als we hem slopen en met dezelfde materialen 50 meter verderop weer herbouwen.
Weliswaar in een andere vorm maar het blijft bergen geld verzetten en wij kunnen niet voorstellen dat er ook maar 1 raadslid dat zal begrijpen.
Met dat inzicht zijn we architect RAu erg dankbaar. Hergebruik van materialen, dat is pas duurzaam en goed voor onze aarde. En dus voor onze inwoners, toch?
Deze wetenschap samen brengend met de rapporten van HEVO, Diederendirx, 3W , het burgerinitiatief en de ambtelijke adviezen maar vooral luisterend naar de gedachten van onze inwoners maakt het plaatje als een organisch geheel, en het komt aan bijna ieders wens tegemoet en wel als volgt:
Koop de kerk en breng hem met gemengde functies sociaal maatschappelijk ten bate van de inwoners.
Het is een goede oplossing volgens de deskundigen, financieel valt het ook nog eens voordelig uit, dus dat argument gaat niet meer op. We lossen hiermee de parkeer misere in een klap op. Het past binnen de toch telkens verschuivende kaders, dus waarom niet? Het heeft draagvlak onder de parochianen , dus waarom niet? De kerkstraat is tenslotte ook al gedegradeerd tot voetpad, dus waarom niet? Het Bisdom heeft, volgens eerdere verslagen geen bezwaar, dus waarom niet? Overal in Nederland worden kerken hergebruikt dus waarom hier niet?

Voorzitter,
Laten we het CMD conform de eerdere adviezen gewoon onderbrengen waar hij, wat ons betreft thuis hoort, nabij het gemeentehuis en met een beetje slimme inpassing kan zo dus ook de kringloopwinkel behouden blijven waar heel veel mensen gebruik van maken en waar mensen werk vinden, dus waarom niet?

Voorzitter, Tenslotte stellen wij voor om dit beeld met de inwoner te bespreken zodat zij het laatste woord hebben en hun zegen kunnen geven. Iets wat eerder al raadsbreed gedeeld werd!


'Gladheidsbestrijding is meer dan strooien alleen'

Son en Breugel / 's-Hertogenbosch – Niet alleen gemeenten en Rijkswaterstaat zijn verantwoordelijk voor veilige wegen in de winter. Ook de provincie, als beheerder van de provinciale wegen in Brabant, doet actief aan gladheidsbestrijding. En dat is 'serious business', weet Richard Pijs uit ervaring. Hij is een van de strooimannen die bij nacht en ontij op pad gaan. Al 18 jaar. "Gladheidsbestrijding is meer dan strooien alleen", vertelt hij.

Brabant kent vijf provinciale steunpunten: Uden, Helmond, Eethen, Oud-Gastel en Westerhoven. Daarnaast zijn er twee steunpunten samen met Rijkswaterstaat, in Breda en Oirschot. In Breda wordt het steunpunt ook nog met de gemeente gedeeld. Met man en macht werken 130 gecertificeerde medewerkers om de 560 kilometer aan provinciale wegen veilig te houden. De provincie heeft er een heus strooiplan voor. Hiervoor zijn in totaal elf calamiteitencoördinatoren verantwoordelijk.

Winterrooster
Richard Pijs werkt vanuit steunpunt Breda, beter bekend als het Pekelpaleis. "Het gaat niet alleen om het strooien", vertelt hij. "De werkzaamheden starten direct na de winter met onderhoud van het materieel, contractafspraken met de leveranciers, vervoerders en een weerbureau. Het winterrooster gaat begin oktober al in."
Als het begint te vriezen, geeft een weerbureau aan de provinciale afdeling Beheer en Onderhoud de kans op gladheid door. Een weerkundige belt vervolgens de dienstdoende gladheidscoördinatoren om verwachtingen en eventuele risico's te bespreken. Mede aan de hand van een gladheidsmeldsysteem op internet en overleg met Rijkswaterstaat en de grote gemeenten Eindhoven, Breda en 's-Hertogenbosch wordt besloten of, en zo ja hoe laat en met welke middelen de provincie gaat strooien. Vóór drie uur 's nachts valt het besluit; drie uur later moeten alle provinciale wegen gestrooid zijn.

Kwakkelwinter
Een strooiactie bij sneeuwval duurt ongeveer vier uur. "Maar als het lang door blijft sneeuwen soms wel twaalf uur", vertelt Pijs, die naar eigen zeggen weinig slaap nodig heeft. Op de nieuwe strooiers, gevuld met tien ton strooimengsel, zit een handig apparaatje dat geprogrammeerd is op het te strooien wegvak. Pijs: "Strooibreedte en hoeveelheid zijn exact afgepast. Een kind kan de was doen. Met een kwakkelwinter, zoals de laatste jaren met veel neerslag en nachttemperaturen rond het vriespunt, moeten we wel zo'n vijftig keer eropuit. Met een strenge winter hebben we veel droog weer en dan is dat soms maar vijftien keer."
Lees het hele artikel in Brabant Magazine. En ook: themajaar 'Mondriaan tot Dutch Design', Brabant roept leegstand halt toe, blik op de verkeerstoekomst en hoogveen keert terug. Kijk op: www.brabantmagazine.nl.

Brabant en gladheidspreventie
• Brabant telt 560 kilometer aan provinciale wegen.
• Er ligt 750 kilometer fietspad van de provincie.
• Tijdens een gemiddelde winter gaat er 6.000 ton zout doorheen.
• Voor een gemiddelde winter is 560 ton pekelwater nodig.
• Aantal betrokken medewerkers: 130