Afbeelding
Foto: Adrie Neervoort

Verhoging WMO-tarief huishoudelijke hulp

De verplichte verhoging van de vergoeding voor huishoudelijke hulp van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is een forse tegenvaller voor de begroting van de gemeente Son en Breugel.

Het ministerie is van mening dat voor huishoudelijke hulp hetzelfde uurtarief moet gelden als voor de zorgverlening. Conform de CAO bedraagt dit uurtarief minimaal € 23,00. Dit betekent een verhoging van € 6,50 van het eerder voor huishoudelijke hulp. vastgestelde WMO-tarief van € 15,50 per uur dat voorheen betaald werd door de gemeente.
Wethouder Visser betwijfelt of deze verplichte verhoging terecht komt bij de medewerkers waarvan het merendeel tegenwoordig als ZZP-er werkt. Hij vermoedt dat dit geld eerder een extra bron van inkomsten is voor de grote zorgaanbieders. De wethouder heeft dan ook geen begrip voor de noodzaak van de verplichte verhoging, omdat de eerdere vergoeding van € 15,50 per uur voor huishoudelijke hulp een marktconform tarief is. Zijns inziens kan huishoudelijk hulp ook niet gelijk getrokken worden met zorgverlening. Toch zal de gemeente zich moeten neerleggen bij de uitspraak van het ministerie van VWS, dat de gemeente eerder opdroeg om maatschappelijk zorg te regelen en de subsidies verlaagde.

Hoe groot de forse financiële tegenvaller voor de gemeente Son en Breugel zal zijn is nog onbekend, omdat niet alle hulpaanvragen in kaart kunnen worden gebracht. Bovendien kan de verhoging van de vergoeding leiden tot een toename van aanvragen. De verplichte verhoging zal besproken worden met alle aanbieders van huishoudelijk hulp waar gemeente Son en Breugel gebruik van maakt om duidelijkheid te krijgen in de gevolgen voor de gemeentelijke begroting van dit opgelegde ministeriele besluit.