Afbeelding
Foto: Wil Feijen

Alleen de vogels floten

Op 4 mei herdenken wij alle Nederlanders die vanaf de Tweede Wereldoorlog door oorlogshandelingen of bij VN-vredesmissies zijn omgekomen, zowel in als buiten Nederland. Sinds 1981 vraagt de herdenking ook aandacht tegen 'racisme en onverdraagzaamheid'.

Ook in Son en Breugel was er weer de jaarlijkse dodenherdenking. Na een oecumenische dienst in de kerk aan de Zandstraat volgde een stille tocht naar het oorlogsmonument van de Parachutist aan de Europalaan.

Onder grote belangstelling en met medewerking van verschillende scholen en verenigingen werd stilgestaan bij alle doden die er zijn gevallen in de strijd voor de vrede.

Nadat het trompetsignaal De Taptoe had geklonken was het precies om acht uur 2 minuten muisstil en klonk er alleen nog het gefluit van de vogels op het plein bij de vijver.

De respectvolle bijeenkomst stond zoals altijd vol van de symboliek waarbij een vendelsaluut van het St. Catharinagilde uiteraard niet ontbrak. Evenmin als de muzikale klanken van harmonie Pro Honore et Virtute.

Er werden bloemen gelegd aan de voet van het monument als gebaar van dank voor alle die zijn gevallen. Zo legden Frank van Rooij namens de KOVOM (Koude oorlog vereniging oud militairen) en Jarko Kuipers en Bo Brand namens de jeugd van Son en Breugel bloemen bij het monument. Ook Tim Donkers legde samen met de burgemeester Hans Gaillard een krans net als Mikky Grünholz namens de Sinti gemeenschap.

De toespraak van burgemeester Gaillard bracht ons terug naar de tweede wereld oorlog en dappere mensen zoals onze lokale held Hendrik Veeneman, maar ook naar wat recentere voorbeelden zoals de strijd van en door de ETA en de IRA.
Jammer genoeg blijkt oorlog van alle dag en niet van een bepaalde tijd. Dit alles maakte dat het een respectvol en ingetogen herdenking werd.


Verzet - Toespraak burgemeester Hans Gaillard

Dames en heren, jongens en meisjes,

Zojuist waren we twee minuten stil. Twee minuten om te gedenken. Twee minuten zonder telefoon. Twee minuten alleen, met je eigen gedachten. Waar dacht jij aan?

Vandaag denken we aan de militairen, die hun leven hebben gegeven voor de vrijheid. We denken aan de burgerslachtoffers van oorlogen. Mensen, zoals jij en ik. Die naar school willen gaan om te leren. Die hun werk willen doen, geld verdienen en deze zomer met vakantie gaan. Mensen die machteloos moeten toezien, dat oorlog hun leven kapot maakt. We denken aan de mensen, die zich verzetten tegen de oorlog, zich verzetten tegen onrecht, zich verzetten tegen de bezetter.

Toen ik nadacht over wat ik vanavond zou vertellen, kwam het nieuws dat de ETA zou ophouden te bestaan. De ETA, de verzetsbeweging, die streed voor een onafhankelijk Baskenland in Spanje en Frankrijk. Dat doel is, ondanks 845 doden, nooit bereikt in de 60 jaar dat ETA actief was. ETA heeft spijt betuigd over het leed dat is aangericht, maar de doden blijven ontbreken in de levens van hun nabestaanden. In de Spaanse en Franse gevangenissen zitten nog tientallen ETA-strijders lange gevangenisstraffen uit. Zijn hun acties een vergissing geweest; zinloze actie? Is gewapend verzet zinloos?

Wie mij kent, weet dat ik van Ierland houd. Honderd jaar geleden was Ierland een Britse kolonie. Na een gewapende strijd werden in 1922 26 van de 32 counties zelfstandig. Zij vormden samen de Republiek Ierland. Zes counties van de provincie Ulster bleven Brits: zij vormden Noord-Ierland. Tot in onze dagen is er strijd over Noord-Ierland: voor de Ieren is het Iers, voor Engelsen en Schotten is het Brits.

Zou het zonder gewapende strijd ook zover zijn gekomen? Is gewapend verzet zinvol? De geschiedenis oordeelt met de blik van vandaag. De Ieren, die zich verzetten tegen de Engelsen, noemen we vrijheidsstrijders. De IRA, die ook de laatste zes counties aan de Republiek wil toevoegen, noemen we terroristen.

Als we op 4 mei over Het Verzet spreken, bedoelen we meestal het verzet van burgers tegen de Duitse bezetter tijdens de Tweede Wereldoorlog. We roemen onze verzetshelden, die distributiekantoren overvielen om voedselbonnen te bemachtigen voor Joodse onderduikers. We praten met ontzag over de journalisten die krantjes als Vrij Nederland schreven, drukten en verspreidden. En daarmee de geest van verzet en de Nederlandse identiteit levend hielden. Met gevaar voor eigen leven.

Ook Son en Breugel heeft zich actief verzet tegen de bezetter. Burgemeester Robert Schoepp besprak in 1943 met een zevental burgemeesters uit Zuidoost-Brabant hoe zij de Duitsers voorzichtig konden tegenwerken.

Na de politieke moord op een inwoner uit Breugel werd Schoepp gegijzeld door de Duitse bezetter. Tijdens zijn afwezigheid werd hij vervangen door gemeentesecretaris Hendrik Veeneman. Later bleek hij ook op gijzelaarslijst te staan wegens zijn verzet tegen het onderbrengen van de amateurkunst bij de Cultuurkamer. Een week na zijn aanstelling eiste de bezetter uit ieder dorp een aantal mannelijke inwoners om in Zeeland vestingwerken aan te leggen.

De burgemeesters besloten niet mee te werken en werden daarop opgeroepen zich te melden in Vught. Veeneman verbleef twee maanden in kamp Vught, werd overgeplaatst naar kamp Sachsenhausen en overleed vijf maanden later in kamp Mauthausen door uitputtingsverschijnselen.

Ik voel bewondering en respect voor het verzet van de Ieren tegen de Engelse overheersing, ook voor het verzet van mensen zoals Robert Schoepp en Hendrik Veeneman in de Tweede Wereldoorlog. De kracht van de eigen identiteit, eigen normen en waarden als houvast tegen de overmacht. "Onverzettelijk" vind ik een mooi woord. Een ideaal, een symbool, dat mensen verbindt en ze door barre tijden heen helpt.

De mooiste uiting van verzet, vind ik nog steeds de uitspraak van Marten Luther King, dominee en leider van de zwarte Amerikanen in de roerige jaren zestig: "I have a Dream".