Wankel evenwicht

Aarzelend kwam ze de winkel binnen, alsof ze niet zeker wist of ze hier wilde zijn. Een stevige kin stak vooruit, een kin waar tante Sidonia jaloers op zou zijn. Haar hoofd stak naar achteren, het leek te zwaar voor haar nek. Een dun, breekbaar lichaam, met twee benige handen die zich vastklemden aan de handvatten van haar rollator. Alsof ze bang was dat die er zonder haar vandoor zou gaan.

Net over de drempel aarzelde ze weer. Ga ik naar links, of ga ik naar rechts? Zo groot was de winkel niet, al was er voldoende te kiezen. Het werd rechts, voor de kijkers thuis links.

Wankel was haar evenwicht, ze had zichtbaar de rollator nodig om overeind te blijven. Ze oogde frĂȘle, breekbaar, iel. Een schim van de kranige vrouw die ze ooit geweest moet zijn, toen ze met ferme tred door het leven ging.

Die tijd lag ver achter haar, een ver vervlogen tijd, nog net zichtbaar in de achteruitkijkspiegel. Het is een teken van vastberadenheid dat iemand zich hierdoor niet laat ontmoedigen. Dat je je wereld niet laat beperken tot je slaapkamer, huiskamer, keuken, toilet en badkamer. Dat je je toch buiten waagt, hoeveel moeite het ook kost. Hoe wankel ook het evenwicht.

Langzaam struinde ze door de winkel, dan weer hier kijkend naar een bloesje, dan weer daar kijkend naar een trui. Even snel als ze gekomen was, verliet ze weer de winkel.

Ineens zag ik haar man, die al die tijd buiten op een bankje zat te wachten. Hij moest zich haasten om zijn vrouw bij te halen, die al op snelheid lag. In de ene hand had hij een riem met daaraan een (jonge) hond, die als een gek aan de riem trok, de man met zich meesleurend. In de andere hand had hij een wandelstok.

Twee mensen, bij wie het evenwicht wankel was geworden. Twee mensen, die zich niet meer op hun evenwichtsgevoel konden verlaten, wat voor de meeste mensen een vanzelfsprekendheid is. Tot je het kwijt bent.

Een teken van een wereld, die aan het afbrokkelen is en steeds kleiner dreigt te worden. Waarbij elke stap je uit je evenwicht kan brengen, alsof je langs een afgrond loopt. Dan is het zaak je niet uit het veld te laten slaan.

Dan moet je alle hulpmiddelen inzetten die je maar kunt, om toch naar buiten te kunnen gaan. Zodat je je horizon, en daarmee je wereld, breed kunt houden.