Lions Club bemiddelt bij snoeien voor buurttuin

Son en Breugel - Tijdens de kerstvakantie stond er een wensboom verzorgt door de Lions Club in het Vestzaktheater bij Snow Radio. Een van de kaartjes ging over het verzoek om hulp bij het snoeien van fruitbomen. Buurttuin ’t Zand heeft enkele jaren geleden een zestal fruitbomen gekregen van de gemeente Son en Breugel bij de opening van de buurttuin. Maar zoals het in veel gevallen gaat: de bomen worden groot en niemand durft te gaan snoeien.

Omdat Henk van de Weert meer dan vijftig jaar actief is met fruit en hoogstambomen, werd het contact met de buurttuin ‘t Zand al snel gelegd. En afgelopen zaterdag was het dan zover. In zijn eigen boomgaard in Zuid-Limburg staan meer dan honderd hoogstambomen, die hij zelf onderhoudt. Henk meende voldoende ervaring te hebben, om de vrijwilligers van de buurttuin verder te helpen.

Eigenlijk is snoeien niet moeilijk, er zijn enkele basisregels waar je rekening mee moet houden. Om te beginnen moet je weten wat je kunt snoeien en wat niet. Fruitbomen worden grofweg verdeeld in twee categorieën: steenvruchten (onder andere pruim, kers , perzik) en pitvruchten (appel en peer). De steenvruchten hebben relatief weinig onderhoud nodig. Omdat Henk ook lui is, staan er dus veel kersenbomen in de boomgaard. En als je die gaat snoeien, dan doe je dat het beste rond of tijdens het plukken, dus lekker warm in de zomer. De appel-, maar vooral de perenbomen, vragen veel snoeiwerk. Dat doe je aan het einde van de herfst of begin van de lente. Op die manier voorkom je dat de wonden aan de takken besmet raken met een of ander virus.

Als je gaat snoeien zorg dan dat je een scherpe zaag en dito snoeischaar bij je hebt. En dan komt het grote moment: welke takken moet ik weghalen? Je begint met het wegsnoeien van dode takken of takjes die er niet erg gezond uitzien. Daarna snijd je alle takjes weg die recht omhoog gaan. Vervolgens zijn de kruisende takken aan de beurt. Dat zijn takken die (bijna) over elkaar schuren. Je zaagt een van die twee takken weg. Tenslotte ga je kijken naar de vorm van de boom.

Gek genoeg ziet een appelboom er ook uit als een appel (rond) en een perenboom lijkt op een peer. Zeker bij een jonge boom knip je de buitenste toppen van de takken weg, waarbij je nog een scheut (of oogje) op het eind laat zitten. Je knipt dus weg vlak achter een oog. Dat wordt straks weer een nieuwe scheut of tak. En zo geef je wat extra vorm aan de boom. Dat klinkt allemaal ingewikkeld, maar in de praktijk valt dat best mee. Je kunt het haast niet fout doen, omdat de natuur zichzelf weer herstelt. Maar snoei niet te veel ineens weg. Haal maximaal 40% van de takken weg.

De eerst drie bomen in t’ Zand heeft Henk voorgedaan hoe het zou moeten en daarna hebben de buurttuinders het werk verder afgemaakt. En daarmee kunnen deze bomen er weer een tijd tegenaan. Bij een fruitboom kan het tot acht jaar duren voordat de eerste vruchten aan de boom verschijnen. Dus dat duurt nog wel even.

Femke, namens Buurttuin `t Zand: “Het was heel fijn dat Henk er was. Leuk, om zo wat hulp te krijgen van een dorpsbewoner! We kunnen weer vooruit!”