Afbeelding

Dichterscollectief kiest voor stevige basis

Algemeen

Het dichterscollectief 'DichtBij' uit Son en Breugel gaat voortaan wekelijks een eigen rubriek vullen in de MooiSonenBreugelkrant. Wat valt er over hun te vertellen? Veel!
Hoewel ze alle vier in Son en Breugel wonen en taalfreaks zijn, valt op dat hun inbreng vooral bestaat uit verschillen. Een piepjong dichterscollectief van vier door de wol geverfde vijftig- en zestigplussers, ieder met een compleet andere achtergrond én stijl. Zoiets heeft tijd nodig. En die nemen ze. "Een jaar. Daarna weten we wel of we zo compleet zijn, of er misschien iemand bij willen." Dat betekent echter allerminst dat ze geen contact willen met andere dichters, integendeel. Vooral jongere dichters – rappers incluis - zijn welkom, om ook de doelgroep jongeren over de streep te krijgen.
Stijlen
Woorden die passen bij Stan Mooij zijn tijd, afscheid, melancholie, contrasten. Met zijn gedichten sleepte hij vanaf 2005 verschillende prijzen in de wacht. Hoe anders is de stijl van Theo Smit. Hij brengt staccato en humor zo bijeen dat die elkaar, soms in een opzwepend ritme, versterken. Willemien van Lith gebruikt graag de natuur als metafoor, al krijgt de actualiteit soms voorrang en met succes: voor haar gedicht Veteranen kreeg zij 'Het Compliment"" van het ED. Willem Berkers heeft zich in zijn gedichten toegelegd op het aloude maar tijdloze thema liefde, of juist het ontbreken daarvan.
Ondanks de verschillen in stijl hebben de vier een sterke overeenkomst, die perfect tot uitdrukking komt in de naam van het collectief. Alle vier willen ze poëzie dicht(er) bij de mensen brengen. In dat opzicht is de diversiteit en eigen identiteit van ieder een voordeel: iedere lezer vindt er wel iets dat hem of haar aanspreekt.
Op de vraag hoe vier mensen met zulke verschillende stijlen elkaar kunnen gaan versterken, zijn de verwachtingen bescheiden. Mooij: "Soms zie je in het gedicht van een ander iets waardoor het ineens veel sterker is geworden. Soms is het weglaten van één woord al genoeg.""Bijschaven moet, zo lang de eigenheid van de dichter en de essentie van het gedicht maar behouden blijft" vult Van Lith aan. Berkers: "Waar we allemaal naar streven, is om mensen te raken. Soms zit dat in heel kleine dingen."
Angst voor valkuilen is er ook. Berkers: "Sommige schrijvers gebruiken, bij gebrek aan creativiteit, graag moeilijke woorden om interessant gevonden te worden. Dat wil ik vermijden." Mooij: Clichématige woorden moet je voorkomen. Als een gedicht start met gemakkelijke rijmwoorden dan haak ik snel af. Dan ontroert het niet meer."
Wennen
Ondanks dat ze de passie delen en het bijna altijd met elkaar eens zijn, moeten de vier in hun samenwerking nog groeien. Hoe gaat het eraan toe als ze met z'n vieren zijn? "Geen idee. Het is heel ontspannen. Tot nu toe is er altijd wel een fotosessie of zit er een verslaggever bij" antwoordt Mooij gevat. Ondertussen bekwamen de vier zich verder door elkaar te adviseren in kwaliteit. Daarnaast worden ze periodiek door Cecilia Odijk gecoacht in het voordragen van hun werk.
Een onlangs geplande expositie van Berkers in de Oude Werf van Ars Longa, waarbij het viertal zou voorlezen uit eigen werk, gaat voorlopig niet door. Berkers: door één asbestvezel wordt dat nu ergens volgend jaar." Het plan ligt er om in 2016 ook iets te doen tijdens De Kunstpleinen op Het Balkon achter de toren. "In een intieme sfeer. Misschien wat muziek erbij, dat is ook kunst".
Tenslotte willen de 4 dichters in een kunstavond van Ars Longa toelichten hoe hun gedichten tot stand komen. In de locale media volgen mededelingen over deze plannen.

Omdat elke beschrijving van ieder kunstwerk tekort schiet, laten we de individuen van het collectief nog even aan het woord.
Stan Mooij: (uit bundel 'Doorlopend stilstaan') over het afscheid van zijn moeder:

OPGELEVERD

de laatste beelden van haar
bijeengeveegd
de lege kamer
om haar afscheidsgebaar
gevraagd
haar kasten, deuren,
lades geopend,
teruggekeken
het teken
dat ik kreeg
was de troost van
voldongen leegte,
bezemschoon

Theo Smit: ('zomaar wat impressies')

Profiel:
* s'Gravenhage 1948 † nog onbekend, beroep ooit: docent.

Dichten is in de werkelijkheid zoeken tot je een klein goudklompje vindt: zomaar een gedicht. Je hoeft er niets voor te doen, gedichten komen zomaar aanlopen, je hoeft ze alleen nog op te schrijven. En zo word je tegen wil en dank schatrijk! Maar dat moet je niet verder vertellen!

Zomaar wat impressies:
Op denigrerende toon: "Meneer u schrijft geen gedichten maar woordslierten!" Een groot compliment! "Meneer u bent een omgevallen boekenkast!" Een nog groter compliment! " Dat gedicht over uw vader vond ik erg mooi! Vooral die laatste regel!".......

Willem Berkers:

Oorsprong is mijn liefde voor de taal en haar uitdrukkingskracht .
Inspiratie put ik uit dagelijkse bittere en zoete gebeurtenissen. Ik schilder met woorden.
Daarna lees en verander ik het steeds en probeer door weg te strepen met zo weinig mogelijk woorden de zeggingskracht te vergroten.
Met mijn schrijverijen wil ik in gewoon helder Nederlands bij de lezer aankloppen en vragen of ik mag binnen komen.

Willemien van Lith:

Dommel
Stil volg ik de Dommel met mijn ogen
wilgen buigen aan de waterkant
vruchtbare takken hebben eeuwenlang
hun wortels in deze vochtige grond geplant.

Vragen over DichtBij kan men richten aan Stan Mooij via stanmooij@hotmail.com