Voldoet onze Milieustraat aan de eisen voor een vergunning?
PolitiekSon en Breugel - Rondom de Milieustraat zijn er de nodige vraagtekens gekomen. Tegenstrijdige onderzoeksrapporten, een verdwenen dossier dat na zeven jaar ineens weer opduikt, en nog steeds geen duidelijk antwoord op de vraag in hoeverre er wel of niet wordt voldaan aan de wettelijke eisen voor een vergunning. Onze krant ging op onderzoek uit en in gesprek met wethouder Jan Boersma.
Redacteur: Jürgen Feuerriegel
De gemeente werd pas in 2015 eigenaar van de Milieustraat. Op dat moment beschikte de gemeente over een rapport waaruit bleek dat er sprake was van een vloeistofdichte ondergrond zodat er geen schadelijke stoffen terecht kunnen komen in de grond onder de Milieustraat.
Dit onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van Baetsen (beheerder) en verricht door SFA-testsystemen. De bevindingen werden gedeeld met de gemeente en uit controleverslagen blijkt dat de verklaring tijdens controles gedeeld is met de Omgevingsdienst. Later kon dit rapport niet meer worden teruggevonden en het duurde zeven jaar voordat het alsnog getraceerd werd; dit gebeurde naar aanleiding van een artikel in het Eindhovens Dagblad enkele weken geleden.
Ondertussen werd in 2022 opnieuw onderzoek naar de bodem gedaan en bleek dat er slechts bij een klein gedeelte van de Milieustraat (waar de gevaarlijke stoffen worden opgeslagen) een vloeistofdichte vloer is en niet overal onder het overige terrein. Vandaar dat de verwarring ook binnen de gemeenteraad groot was en het niet meer duidelijk was of de Milieustraat nog wel voldoet aan de wettelijke eisen.
Wethouder Jan Boersma begrijpt dat er sprake is van verwarring en licht toe: ”Omdat het rapport van 2015 tegenstrijdig is met het recente rapport van dit jaar, hebben wij nu opdracht gegeven aan een ander bureau om opnieuw onderzoek te doen. Het is trouwens niet zo dat er nu een direct gevaar is voor mens, dier of natuur, want waar de bodembedreigende stoffen worden bewaard, ligt wel een vloeistofdichte vloer, en daar gelden standaardinstructieregels voor de medewerkers. De Omgevingsdienst heeft ons op dit moment ook nog geen directe maatregelen opgelegd. Desalniettemin hebben wij als gemeente voor alle zekerheid behoefte aan een second opinion, want er zijn maar twee mogelijkheden: of het laatste rapport was niet gebaseerd op een volledig onderzoek, of er zijn in de loop van de afgelopen zeven jaar scheuren in de bodem ontstaan waardoor de vloer niet meer voldoet aan de eisen voor een vergunning. Op basis van dit nieuwe onderzoek, dat binnenkort zal worden gedaan, zullen wij als gemeente beslissen of de vloer wel of niet verbeterd of vervangen moet worden om alsnog in aanmerking te komen voor verlenging van de vergunning.”
