Afbeelding
Foto: Wil Feijen

Column Luc: Fotomodel

Column Column Column Column Lucky Luc

Son en Breugel - Het enige dat ontbrak was een spotlight, dat zou ook geen goed idee geweest zijn, het zou een verblindend effect geven, met die kale knikker van mij. Een catwalk was evenmin voor handen, laat staan een crew van dertig man/vrouw, rekken met kleding, en zo’n kamerscherm waar ik me even achter kon verschuilen om van outfit te wisselen. Hoe het ook zijn moge, ik kon het gevoel niet onderdrukken. Ik voelde me net een fotomodel!

Ik had me dat nooit voor kunnen stellen, vroeger. Net als zoveel jongens droomde ik van een carrière als profvoetballer, net als zoveel jongens had ik niet het talent (of de motivatie) om überhaupt in de buurt te komen van mijn droom. Een carrière in de muziek leek me wel wat, ondanks het feit dat ik geen noot kan lezen. Even koesterde ik de droom paleontoloog of archeoloog te worden, tot ik in de gaten kreeg dat ik dan veel tijd in onherbergzame oorden door zou moeten brengen, tot mijn knieën in de modder, of plat op de koude, harde grond, om met een kleine haak of borstel de versteende aarde weg te peuteren, zodat lang vergeten botten aan de oppervlakte konden komen.

In plaats daarvan werd het een carrière achter de computer, een leven als kantoorslaaf, in het teken van cijfertjes. Geen slecht leven, absoluut niet. Maar niet wat ik ooit gedroomd had. Iets van de dromer werd wakker, toen ineens een fotocamera op mij gericht werd. In mijn achtertuin, in mijn voortuin, in de woonkamer, op verschillende plekken. Buiten was het ijskoud, zo begin januari. ‘Het is niet de ideale tijd van het jaar om buiten foto’s te maken’, zei de fotograaf. ‘Dat kan ik me voorstellen’, bibberde ik terug. Vele foto’s werden geschoten, uit diverse hoeken, telkens met een andere achtergrond. Dat alles om een nieuwe foto in DeMooiSonenBreugelKrant bij deze column te kunnen plaatsen.

Het was niet mijn idee, de oude foto is me erg dierbaar. Daar sta ik op, strak in mijn trouwpak, mijn kersverse bruid net buiten zicht, maar wel in mijn hart. Nog steeds, daarom is het wel lastig om afscheid te nemen. De krant wilde wel een nieuwe foto, dus ging ik overstag. Dus stond ik daar, de camera op mij gericht. Ik ben daar nooit zo’n liefhebber van geweest, ik voelde me er niet prettig bij.

Tot deze dag, tot dit moment. Nu voelde ik me echt een fotomodel, al was het maar voor even.